Digitale school

voor PO en VO | bijgewerkt op 27 februari 2024

Digitaal afstandsonderwijs kan een waardevol onderdeel zijn van de extra ondersteuning voor een leerling die een tijd niet of niet volledig naar school kan. Zo kan een kind of jongere zich blijven ontwikkelen, ook als het fysiek of mentaal niet mogelijk is om naar school te gaan. Het ministerie van OCW werkt samen met Kennisnet daarom aan het programma Digitale School. Het programma is onderdeel van de verzuimaanpak en draagt bij aan de ambitie van het kabinet om het aantal thuiszittende leerlingen terug te dringen naar nul. Op deze pagina lees je alles over de ontwikkelingen en plannen rond de Digitale School:

Over de Digitale School

Met het programma Digitale School stellen we centraal dat ieder kind en iedere jongere recht heeft op ontwikkeling, ook als het (tijdelijk) niet fysiek naar school kan. Hoewel fysiek onderwijs het uitgangspunt blijft, kan digitaal afstandsonderwijs een alternatief bieden wanneer dat niet mogelijk is. Het volgen van digitaal afstandsonderwijs is in principe een tijdelijke oplossing, met een plan gericht op (geheel of gedeeltelijk) fysieke terugkeer naar de school waar de leerling staat ingeschreven.

Het gaat hierbij om leerlingen die als gevolg van lichamelijke of psychische klachten niet of niet volledig naar school gaan. Of die om die redenen dreigen uit te vallen en thuis komen te zitten. De groep kenmerkt zich door een grote diversiteit. Iedere thuiszitter is uniek en voor lang niet iedere thuiszitter is digitaal afstandsonderwijs een passende vorm van onderwijs.

Het doel van de minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs, Mariëlle Paul, is om digitaal afstandsonderwijs een volwaardig onderdeel te maken van het stelsel van passend onderwijs. Maar hiervoor is een wetswijziging nodig vanwege de vereisten in de Leerplichtwet. De minister heeft daarom een wetstraject ingezet om deze en andere knelpunten aan te pakken. Maar leerlingen die nu thuiszitten kunnen hier niet jaren op wachten. Met het programma Digitale School roept minister Paul schoolbesturen en samenwerkingsverbanden daarom op om de kansen van digitaal afstandsonderwijs, binnen de juridische kaders, ten volle te benutten, door middel van onder meer: een subsidieregeling en kennisdeling.

De maatschappelijke context

Er zijn verschillende aanleidingen die gezamenlijk de maatschappelijke context vormen voor de Digitale School, denk onder meer aan de volgende ontwikkelingen:

*Daar waar een leerling op lichamelijke of psychische gronden niet in staat is om een school of instelling te bezoeken, biedt de leerplichtwet ruimte voor vrijstellingen. Met Artikel 5a zijn jongeren vrijgesteld van de leerplichtwet en staan niet meer ingeschreven op een school of instelling, waardoor het onderwijs geen zicht meer heeft op de mogelijke (beperkte) leerbaarheid.

De politieke context

In het huidige coalitieakkoord staat de ambitie opgenomen om het aantal onnodige thuiszittende leerlingen terug te brengen tot nul, onder meer via de Digitale School.

Ook in de Tweede Kamer Brief Voortgang verbeteraanpak passend onderwijs (30 maart 2023), van minister Dennis Wiersma, staan deze ambities:

Ook in de Kamerbrief van december 2023 gaat minister Mariëlle Paul verder in op de uitwerking en voortgang van de Digitale School:

‘Leerlingen die nu thuis zitten kunnen niet enkele jaren op een wetswijziging wachten. Daarom roep ik schoolbesturen en samenwerkingsverbanden op om de kansen die digitaal afstandsonderwijs biedt binnen de bestaande juridische kaders ten volle te benutten. Dit stimuleer en ondersteun ik met het actieprogramma Digitale School.’

De doelgroep

Bij de Digitale School gaat het om kinderen en jongeren die tijdelijk of gedeeltelijk niet naar school kunnen door lichamelijke of psychische oorzaken. De groep kenmerkt zich door een grote diversiteit. Iedere thuiszitter is anders en voor lang niet iedere thuiszitter is digitaal afstandsonderwijs een passende vorm van onderwijs. De inschatting of een leerling hier baat bij heeft, is aan de professionals in het onderwijs, in goed overleg met de ouders en leerling zelf. Denk aan:

Welke vormen van digitaal onderwijs zijn er binnen de Digitale School?

Binnen de huidige juridische kaders, stimuleert minister Paul met het programma Digitale School, vooruitlopend op de wetswijziging, twee organisatievormen van digitaal afstandsonderwijs:

Vorm 1: digitaal afstandsonderwijs onder regie van de eigen school

Voor de meeste leerlingen die tijdelijk niet naar school kunnen, is het belangrijk dat zij zo snel mogelijk maatwerk krijgen van hun eigen school. Bijvoorbeeld met digitaal afstandsonderwijs. Hiermee blijft de aansluiting op het onderwijsprogramma van de klas en de sociale binding in stand en de weg terug naar school open.

Maatwerk met digitaal afstandsonderwijs betekent bijvoorbeeld dat een leerling reguliere lessen op afstand volgt (synchroon met de klas) of dat een leerling onderdelen uit het onderwijsprogramma met behulp van digitale leermiddelen op een eigen gekozen moment volgt. Scholen kunnen daarbij hulp van buitenaf inschakelen en een regionale samenwerking aangaan om dit te realiseren.

Vorm 2: regionaal gespecialiseerd aanbod met digitaal afstandsonderwijs

Er is ook een groep leerlingen die niet naar de eigen school terug kan. Specifiek voor die groep stimuleert minister Paul dat er onder de verantwoordelijkheid van schoolbesturen en samenwerkingsverbanden een regionaal netwerk van initiatieven tot stand komt. Dat vereist voldoende schaalgrootte en specifieke expertise. Samenwerkingsverbanden en schoolbesturen hebben de ruimte om hieraan de beste invulling te geven, voortbouwend en versterkend op wat er in de betreffende regio al gebeurt. In de subsidieregeling zal dergelijke samenwerking gestimuleerd worden.

Deze vorm is gericht op leerlingen die door lichamelijke of psychische oorzaken niet naar school gaan en niet via hun eigen school van inschrijving maatwerk met digitaal afstandsonderwijs kunnen krijgen, zoals:

Scholen kunnen leerlingen uit deze groep inschrijven, als ze nog niet ingeschreven staan. Onder de voorwaarden die beschreven staan in de hieronder genoemde brochure, kan tijdelijk maatwerk met digitaal afstandsonderwijs worden gegeven.

Vanuit regionale krachtenbundeling kan ook (de organisatie van) maatwerk vanuit scholen (organisatievorm 1) ondersteund worden.

De rol van het programma bij de verschillende vormen

Uit recent onderzoek en de diverse ervaringen in het werkveld van stakeholders blijkt dat de verschillende vormen van digitaal afstandsonderwijs voor reguliere scholen niet zo gemakkelijk in te richten zijn. Het programma Digitale School heeft daarom als doel om, door middel van samenwerking met een breed veld aan stakeholders en de praktijk, plannen van actie op te zetten en kennis te vergaren over de diverse mogelijkheden van het (digitale) afstandsonderwijs.

Subsidieregeling voor de Digitale School

Het ministerie van OCW werkt aan een subsidieregeling om samenwerkingsverbanden en scholen te stimuleren om een van de vormen van de Digitale School uit te voeren of daarin te versnellen.

Wat zijn de doelen van deze stimuleringsregeling?

Met een subsidieregeling worden schoolbesturen en samenwerkingsverbanden gestimuleerd om samenwerking aan te gaan en maatwerk met digitaal afstandsonderwijs op te zetten of door te ontwikkelen. Die samenwerking is van belang om afdoende schaalgrootte en regionale dekking te bereiken en expertise te bundelen. In de loop van 2024 publiceert minister Paul de subsidieregeling en informeert de Kamer en het veld over de precieze invulling.

Wil je meer weten over de subsidieregeling, of meedoen? Meld je dan vast aan voor het webinar begin 2024 via Steunpunt Passend Onderwijs.

Nieuwe brochures voor professionals en ouders

In december 2023 publiceerde OCW samen met de Inspectie van het Onderwijs en het Steunpunt Passend Onderwijs twee brochures over hoe digitaal afstandsonderwijs kan worden ingezet; een voor ouders en een voor professionals. Deze brochures zijn gemaakt in antwoord op alle vragen die leven.

Onderzoek naar digitaal afstandsonderwijs

Veel leerlingen profiteren van digitaal afstandsonderwijs blijkt uit literatuuronderzoek

Digitaal afstandsonderwijs biedt voor velen een uitkomst blijkt uit literatuuronderzoek. In opdracht van Kennisnet voerde Oberon in samenwerking met Dialogic en Serendips het literatuuronderzoek De toepasbaarheid van onderwijs op afstand uit. Het onderzoek geeft inzicht in de inzet, randvoorwaarden en opbrengsten van digitaal afstandsonderwijs.

Enkele conclusies:

Dit is een aanvulling op het rapport Digitaal afstandsonderwijs in het primair onderwijs dat vorig jaar verscheen.

Het nieuwe onderzoek is onderdeel van het actieprogramma Digitale School, waarmee we ervoor willen zorgen dat de kansen van digitalisering ten volle worden benut voor thuiszittende leerlingen. Deze nieuwe kennis helpt bij het ontwikkelen van effectieve strategieën en maatregelen om de onderwijskwaliteit en het welzijn van deze leerlingen te verbeteren. De nieuwe inzichten leveren ook een bijdrage aan andere activiteiten van het actieprogramma, zoals praktijkonderzoek en het opzetten van een leernetwerk.

Meer weten? Bekijk het onderzoek op Oberon.eu

Praktijkonderzoek

Kennisnet zal daarnaast praktijkonderzoek uitvoeren naar de effectiviteit van digitaal afstandsonderwijs. Dit heeft een meerjarig verloop. De opbrengsten zullen bijdragen aan het gebruik van bewezen effectieve methodes voor digitaal afstandsonderwijs aan leerlingen die tijdelijk niet naar school kunnen.

Traject wijziging wet- en regelgeving

Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs Mariëlle Paul heeft aangegeven de wet- en regelgeving te willen aanpassen, zodat er meer ruimte komt voor maatwerkoplossingen in het onderwijs. De verwachting is dat dit in 2026-2027 wordt afgerond. In de Kamerbrief van december 2023 meldt ze:

‘Mijn doel is dat digitaal afstandsonderwijs een volwaardig onderdeel wordt van het stelsel van passend onderwijs, zoals eerder aan u gecommuniceerd. Daarvoor is een wetswijziging noodzakelijk. Dit komt onder andere doordat de Leerplichtwet geregeld schoolbezoek vereist en digitaal afstandsonderwijs daar niet onder valt. Het wetstraject om dit en andere knelpunten aan te pakken, bereid ik nu voor. Over de contouren en planning hiervan informeer ik uw Kamer via de Kamerbrief bij de Voortgangsrapportage verbeteraanpak passend onderwijs in het voorjaar 2024.’

Terug